Hoe maak je van je tuin een vogelparadijs?
Of je een grote of kleine tuin hebt, doet er niet toe: met een paar eenvoudige ingrepen maak je er een paradijsje van voor vogels die bij ons hun nest bouwen, hier overwinteren of gewoon even halt houden op hun trektocht. We kunnen zelfs meer voor onze gevederde vrienden doen dan je vermoedt. De natuur een handje toesteken is makkelijk en maakt toch een groot verschil. En je krijgt zoveel van hen terug! Ze schenken je bijvoorbeeld een prachtig spektakel als ze door je tuin fladderen en je krijgt de unieke kans om allerlei soorten te observeren en hun fascinerende migratiegewoonten te bewonderen.
Waarom hebben de vogels jou nodig?
Door de oprukkende verstedelijking, intensieve landbouw, vervuiling en klimaatverandering krijgen veel vogelsoorten het steeds moeilijker om te overleven. Vooral het juiste voedsel en geschikte nestplaatsen vinden is een probleem. De laatste natuurlijke gebieden met wilde grassen en voederplanten verdwijnen immers geleidelijk uit onze dorpen en steden.
"Vogels vinden bij ons niet langer voldoende voedsel. Hoewel minder belangrijk, is ook het gebrek aan holten en kieren om nesten te bouwen een probleem. Daardoor slinken de overlevingskansen van vooral jonge vogeltjes. Ook trekvogels krijgen het kwaad, omdat ze veel energie nodig hebben om bij ons te overwinteren of hun reis voort te zetten” zegt Didier Vangeluwe, hoofd van de dienst BeBirds, het Belgisch Ringwerk dat deel uitmaakt van het Instituut voor Natuurwetenschappen. “Je hoeft geen groot wetenschapper te zijn om te beseffen dat de natuur voor de mens een bron van onvoorstelbare schoonheid en voortdurende verwondering is. Daarom gaat dit ons allemaal aan!”
Hoe kan jouw tuin het verschil maken?
Zorg er dus voor dat de vogels zich in jouw tuin welkom voelen, omdat ze er voldoende voedsel en nestgelegenheid vinden. Maar wat betekent dit in de praktijk?
- Creëer een omgeving waarin ze zo weinig mogelijk last hebben van hun natuurlijke vijanden (roofdieren) en beschut zijn tegen guur weer.
- Zorg dat ze er voldoende voedsel vinden.
“Het lijkt zo eenvoudig: enkele struiken planten en af en toe wat zaadjes en pitten strooien. Toch is dat voldoende om de populatie van verschillende soorten te laten aangroeien en hen vooral meer overlevingskansen te schenken. Of anders gezegd: om de sterfte te verminderen, zeker onder de jonge vogeltjes”, aldus de onderzoeker.
Meer afwisseling betekent meer genieten van je tuin
Als er één gouden regel is, dan is het deze, zegt Didier Vangeluwe: zorg voor afwisseling in de plantengroei in je tuin. “Dat maakt je tuin trouwens ook mooier en boeiender om naar te kijken. Belgen hebben bijvoorbeeld graag een egaal groen, gemillimeterd gazon. Daar is niks mis mee, want de merels halen er volop wormen uit. Maar laat in een hoek van je gazon allerlei wilde grassen opschieten, plant een beetje verderop struiken die je nooit snoeit, combineer die dan weer met een strak geknipte haag, een kleurrijk bloemenbed, enz.”. In een tuin met veel variatie vinden vogels rustige plekjes en materiaal voor hun nesten. Je trekt ook meer insecten aan, die als voedsel voor de vogels dienen. Het ziet er ook gewoon mooier uit. We leggen je dadelijk uit hoe je te werk gaat.
Zo maak je van je tuin een vogelhotel
Stel dat je tuin 40 m² groot is. Dan is het toch niet te veel gevraagd om 1 of 2 m² voor te behouden voor:
- wilde bloemen,
- enkele struiken,
- een haagbeukhaag,
- klimrozen als je graag rozen ziet,
- en tegen een muur een wilde wingerd, klimop of clematitis (maar er zijn nog tientallen andere mogelijkheden).
“Eigenlijk heb ik maar één eenvoudige tip voor vogelliefhebbers”, zegt Didier Vangeluwe. “Ga naar een tuincentrum en kies gewoon planten en bloemen die je graag ziet. Als ze samen maar genoeg afwisseling en leven in je tuin brengen!”
Zo maak je van je tuin een vogelrestaurant
Insecten staan hoog op het menu van veel vogelsoorten. En die insecten komen vanzelf in je tuin als je een vijvertje aanlegt of, nog eenvoudiger, een waterbekken van een meter diameter installeert. “Voeg nog een paar waterplanten toe en al snel heb je voldoende insecten voor de vogels. Maar vissen in je vijvertje uitzetten is geen goed idee: ze eten alle insecten(eitjes) op”, zo luidt het advies van Didier Vangeluwe.
Veel soorten zijn zowel insecten als -zaadeters, afhankelijk van het seizoen. Zaden en pitten strooien is dus ook een oplossing. Ook hiervoor geeft Didier Vangeluwe graag advies: “Bevestig voederbakjes aan boomtakken, maar zet ze ook onderaan een struik of op de grond, want sommige vogels, zoals de heggenmus, eten alleen op de grond. Het belangrijkste is om telkens maar een handjevol zaden te strooien, geen kilo! Want na 48 uur beginnen de zaadjes te rotten of te beschimmelen, door contact met de lucht, de regen of de bodem. En dat kan een averechts effect hebben! Strooi dus regelmatig een klein beetje of gebruik een zadensilo om de zaadjes en pitten droog te houden. Ook die was je best even met zeep uit vóór je hem opnieuw vult.”
Laat de wonderlijke show beginnen
Met al die kleine ingrepen lok je tientallen en soms zelfs honderden vogels naar je tuin. Ze zijn immers in hun nopjes met de schuil- en nestplaatsen en het voer dat ze er aantreffen. Vóór je het weet, speelt er zich in je tuin elke dag een schitterend ballet af. “In de herfst en de winter lijkt het vaak of verschillende soorten met elkaar afspreken om je tuin om de beurt met een bezoekje te vereren. In werkelijkheid verplaatsen ze zich voortdurend door de tuinen in een bepaalde wijk om zeker te zijn dat ze voldoende voedsel vinden en om te vermijden dat roofdieren (zoals katten) hen makkelijk in het vizier krijgen”, zegt Didier Vangeluwe. En zo ben je getuige van een permanent spektakel.
“Soms denk je dat hetzelfde roodborstje dagen na elkaar in je tuin rondvliegt, terwijl het misschien het honderdste diertje is dat even halt houdt op zijn traject van Scandinavië naar Andalusië en terug. Sommige vogels blijven bij ons overwinteren, andere komen hier krachten opdoen vóór ze hun trektocht voortzetten. Door vogels te ringen hebben we ontdekt dat bijvoorbeeld duizenden barmsijsjes zich te goed hebben gedaan aan de zaadjes in één bepaalde tuin, terwijl we er nochtans nooit meer dan een honderdtal tegelijk konden observeren. Een barmsijs die we in december 1996 in de gemeente Ghlin hadden geringd, is in november 1998 in China gespot. Dergelijke migratieroutes zijn fascinerend”, zo besluit de wetenschapper.
4 wetenschappelijke antwoorden op je vragen
Zijn de pesticiden die we in de tuin gebruiken schadelijk voor vogels?
“Ja, hoewel de vogels meestal niet door vergiftiging sterven, omdat de producten sterk selectief giftig zijn. Maar ze sterven van de honger, omdat het vergif alle insecten doodt! Vooral voor jonge vogeltjes is het gebrek aan voedsel fataal, omdat ze nog niet zoveel ervaring als de volwassen vogels hebben om eten te vinden.”
Zijn stickers met roofvogelsilhouetten nuttig om te vermijden dat vogels tegen onze ramen botsen?
“Nee, dergelijk stickers hebben geen enkel nut, zoals een Zwitserse studie heeft aangetoond. Als ze de vogels schrik zouden aanjagen, zouden die zich helemaal niet meer in je tuin laten zien. In werkelijkheid knallen vogels op volle snelheid tegen je schuifraam, omdat het glas je tuin weerspiegelt en ze dus denken daar onbelemmerd te kunnen rondfladderen. Soms zien ze een soortgenoot in hun eigen spiegelbeeld en dus een concurrent die ze snel willen verjagen uit hun territorium. Het vervolg laat zich raden!”
Zijn nestkastjes wel nuttig?
“Ongetwijfeld. In een geschikt vogelhuisje vinden ze de nestplaats die in de bebouwde omgeving de zeldzaam geworden natuurlijke holtes vervangt. Sommige vogels brengen er de winter in door, omdat er een aangenaam microklimaat in heerst.”
Hoeveel verschillende soorten zou ik kunnen zien?
“Al na korte tijd kan een gevarieerde tuin tien tot twintig soorten aantrekken. Van merels tot lijsters, maar evengoed meesjes (pimpelmeesjes, koolmeesjes, staartmeesjes, enz.), vinken en kepen, groenvinken, sijsjes, heggenmussen, roodborstjes, spechten of spreeuwen, om er maar enkele te noemen.”
Hoe zet de stichting ENGIE zich in voor onze vogels?
De stichting ENGIE zet zich op veel fronten in voor het milieu. Zo steunden we tussen 1994 en 2008 een programma om de terugkeer van de slechtvalk naar België te bevorderen. Met succes trouwens! Onlangs heeft de stichting ENGIE er mee voor gezorgd dat het publiek kon ontdekken hoe deze vogels hun nesten bouwden in de Sint-Michiels- en Sint-Goedelekathedraal in Brussel.
We verlenen nu ook met veel genoegen steun aan BeBirds voor de ontwikkeling van nieuwe software voor het ringen en bestuderen van trekvogels. Dit is een essentieel project om data en analyseresultaten op een snelle, moderne manier te delen met vrijwilligers, onderzoekers, beleidsmakers en burgers.
En jij? Ben je klaar om van je tuin een vogelparadijs te maken?