“Wij vormen de ontbrekende schakel tussen de lokale gemeenschap en gezinnen in kansarmoede”
De Warmste Week voorstellen is waarschijnlijk niet nodig: deze solidariteitsactie van de VRT en meer bepaald van de openbare radiozenders Studio Brussel en MNM haalde in 2021 niet minder dan 3,2 miljoen euro op. Dit bedrag gaat naar een aantal solidaire projecten, via een fonds dat beheerd wordt door de Koning Boudewijnstichting.
Ook in 2022 is er weer een Warmste Week in de aanloop naar Kerstmis. Het thema van dit jaar is kansarmoede. Een van de geselecteerde projecten is het vervangen van oude, energieverslindende koelkasten en diepvriezers bij ’t Ver-Zet-je. Deze vereniging uit Hoogstraten biedt voedselhulp en tweedehandskleding aan gezinnen in kansarmoede en probeert daarbij hun sociale weefsel te herstellen. “Wij vormen als het ware de ontbrekende schakel tussen de lokale gemeenschap en mensen in kansarmoede”, zegt voorzitter Frederik Pollet.
Door de energiecrisis beleven we moeilijke tijden, ook op sociaal gebied. Daarom schaart de ENGIE Stichting zich achter de doelstellingen van de vzw ’t Ver-Zet-je. We spraken met de voorzitter van de vereniging, Frederik Pollet.
Wat wil ’t Ver-Zet-je bereiken?
“We zijn er ons te weinig van bewust dat één Vlaming op zeven in armoede leeft. Hoogstraten is een vrij welvarende gemeente van 22 000 inwoners, waar ongeveer 10% van de bevolking in armoede zou leven. Dat zijn toch nog altijd 2000 mensen! Vaak hebben ze het niet alleen financieel moeilijk. Gebrek aan geld leidt immers tot sociale uitsluiting. Wij proberen altijd beide aspecten te bestrijden. We doen dat via onze foodshop, onze kledingshop voor tweedehandskleding en een gezellige ontmoetingsruimte, waar mensen een koffie komen drinken en even uit hun isolement stappen. Zo krijgen ze weer meer vertrouwen. Dat zit ook in de dubbele betekenis van onze naam: we bieden de mensen een “verzetje” en tegelijk “verzetten” we ons tegen armoede! En we (ver)oordelen daarbij niemand.”
’t Ver-Zet-je bestaat sinds 2008. Hoe is de vereniging ontstaan?
“Tegenwoordig beschikken we gelukkig over aangepaste lokalen voor Het Atelier (onze twee winkels op de campus Stede Akkers in de Jaak Aertsstraat) en onze ontmoetingsruimte De Nieuwe Feftig (Heilig Bloedlaan 242b). Dat was zeker niet altijd het geval. De eerste 10 jaar moesten we onze goederen zelfs in tenten uitstallen wegens plaatsgebrek. We roeiden met de riemen die we hadden … Momenteel kunnen onze ongeveer vijftig vrijwilligers in goede omstandigheden bezoekers verwelkomen, activiteiten organiseren en natuurlijk de distributie van voedingswaren en tweedehandskleding in goede banen leiden.”
Waaruit bestaat jullie werking?
“In het begin vroegen we de bakkers in de omgeving om hun brood van de dag ervoor in hun koelruimte te bewaren tot wij het één keer per week kwamen ophalen. Daarna mochten we ook bij de lokale supermarkten gratis voedseloverschotten gaan ophalen. Het gaat om voedingsmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum (bijna) is overschreden, maar die nog in uitstekende toestand zijn: fruit en groenten, droge voeding, non-food, diepvriesproducten, enz. Die zijn voor de supermarkten onverkoopbaar en zouden anders toch maar op de afvalberg terechtkomen. Wij kunnen ze goed bewaren in onze installaties en vervolgens bezorgen aan gezinnen in kansarmoede. Een echte win-winsituatie! Mensen die het financieel moeilijk hebben, geraken zo aan voldoende voeding, terwijl de supermarkten of producenten hun producten niet moeten weggooien (wat hen ook geld kost). Momenteel recupereren wij op deze manier bijna 7 ton goederen per maand. Op jaarbasis gaat het om een waarde van ongeveer 450 000 euro die we van de afvalberg redden. Niet slecht, toch?”
Hoe kunnen de gezinnen hiervan gebruik maken?
“Op woensdagnamiddag en zaterdagochtend is onze foodshop open. Gezinnen kunnen gewoon langskomen en gratis uit onze rekken de producten meenemen die ze nodig hebben (hoewel we geen selfservice toelaten). Waarom we zelf geen voedselpakketten samenstellen? Daar zijn verschillende redenen voor. Om te beginnen is het menselijk contact tussen de vrijwilliger achter de toog en de “klant” belangrijk, zoals in een echte winkel. En niemand heeft iets aan producten die toch niet worden verbruikt en in de vuilnisbak terechtkomen. Door mensen te laten kiezen wat ze nodig hebben, laten we ze ook in hun waarde. Op dit ogenblik helpen we 220 gezinnen (in 2021 waren het er nog maar 170) of meer dan 550 personen. Ze worden naar ons doorgestuurd door het OCMW of genieten een verhoogde tegemoetkoming van hun ziekteverzekering.”
En hoe functioneert jullie kledingwinkel?
“Ons mini-winkelcentrum is ook open op woensdagnamiddag en zaterdagochtend. Mensen kunnen er terecht voor tweedehandskleding en -speelgoed. Voor ons ontmoetingscentrum, De Nieuwe Feftig, gelden dezelfde openingsuren. Voor non-food vragen we een kleine bijdrage, tussen 50 cent en 2 euro. Zo kunnen we zelf onze kosten betalen en bevorderen we het zelfrespect van onze begunstigden.”
ENGIE steunt jullie in het kader van De Warmste Week. Waaruit bestaat die steun?
“Momenteel gebruiken we drie koelruimten om de ingezamelde voedingsmiddelen in de juiste omstandigheden te bewaren. Maar ze zijn al ruim 10 jaar oud en nog moeilijk correct af te regelen. Daardoor verbruiken die toestellen heel veel stroom en verspillen ze energie. Vooral nu de energieprijzen sterk gestegen zijn, is dat een groot probleem. We hebben daarom een dossier ingediend bij De Warmste Week om die energieverslindende toestellen door zuinigere exemplaren te vervangen. ENGIE is een partner van De Warmste Week en ons project sprak hen meteen aan. Het gaat immers om energiebesparingen! De steun van ENGIE is heel belangrijk voor ’t Ver-Zet-je en vooral voor de gezinnen in kansarmoede!”
Hoe kunnen mensen jullie het hele jaar door helpen?
“In de eerste plaats is communicatie voor ons belangrijk, om meer bekendheid te geven aan onze acties bij de lokale gemeenschap, de bedrijven uit de streek, allerlei organisaties (serviceclubs bijvoorbeeld), enz. Hoe meer mensen weten wat ’t Ver-Zet-je doet, hoe meer ambassadeurs er komen, zoiets is besmettelijk! Mensen zijn blij om ons te helpen, de vrijwilligers voelen zich gesteund, onze klanten krijgen weer hoop om er bovenop te geraken. Ook het lokale sociale weefsel wordt sterker. Kijk maar naar ons initiatief “schenk een brood”. Als je een bakkerij binnenstapt voor koffiekoeken, kun je daar een brood “financieren” voor iemand die het nodig heeft. Alleen al in 2021 hebben de mensen van Hoogstraten zo 2940 broden geschonken. Of 8 broden per dag! Schitterend, toch?”
Heb je nog een boodschap voor de feestdagen?
“Bij ’t Ver-Zet-je vieren we altijd feest als Kerstmis en Nieuwjaar voorbij zijn, met de kalkoenen en foie gras die zijn overgebleven (lacht). Maar wat ik vooral wil zeggen: DANK U! Dankjewel voor een vriendelijk gesprek, voor een geschonken brood of onze nieuwe koelruimte. Elk gebaar telt en we moeten blijven openstaan voor de anderen, want iedereen kan het op een bepaald ogenblik in zijn leven moeilijk krijgen. Gelukkig is dat soms maar tijdelijk en we mogen vooral niet vergeten dat we elkaar nodig hebben!”
De inzet voor solidariteit gaat bij ENGIE verder dan de steun aan ’t Ver-Zet-je.
Wat we nog doen? Warm Up for Life is een programma in ons bedrijf dat onze medewerkers aanspoort om geld in te zamelen. Ze kunnen dat doen voor De Warmste Week, maar ook voor de Franstalige tegenhanger ervan, Viva for Life, dat dit jaar als thema kansarmoede bij kinderen van 0 tot 6 jaar heeft gekozen.
Wat de ENGIE medewerkers concreet doen? Bijvoorbeeld digitale ledlampen kopen of op onze solidariteitsmarkt eigen creaties of pins van De Warmste Week verkopen. De ENGIE Stichting zal vervolgens de giften van de medewerkers verdubbelen.
En jij, wat kun jij doen? Deelnemen aan De Warmste Week!
Fijne feestdagen met een warm hart!