5 veiligheidstips voor je kerstboom
Een kapotte elektrische slinger, een kaars die te dicht bij de takken staat, … Deze video van de Stichting Brandwonden laat zien hoe een kerstboom op slechts enkele seconden een hele woonkamer in vuur en vlam zet!
Om een catastrofe te vermijden mag je dus nooit lichtzinnig met je veiligheid omspringen …
1. Kies de juiste kerstboom
Al na enkele seconden staat een kerstboom in vuur en vlam
Hoe droger een boom is, hoe sneller hij in brand vliegt. Ideaal kies je dus een kerstboom met wortels in een emmer en geef je hem elke dag water. Installeer je toch liever een boom met afgezaagde stam? Kies dan een vers exemplaar dat nog geen naalden verliest. Om te vermijden dat de boom te snel uitdroogt, zet je hem in een emmer met zand, dat je elke dag vochtig houdt. En zodra de feestdagen voorbij zijn, doe je best ook de boom weg uit je woonkamer. Gebruik je een kerstboom in kunststof? Controleer dan of het materiaal brandwerend is.
2. Denk na over de plaats van je kerstboom
Dit is vooral een kwestie van gezond verstand: je plaatst je kerstboom nooit vlak naast een warmte- of lichtbron zoals een radiator, houtkachel, open haard, kaars, … Hou ook voldoende afstand tot gordijnen, tafellakens of alle andere brandbare stoffen.
3. Controleer de toestand van de lichtslingers
Eerste regel: gebruik uitsluitend kerstslingers die voldoen aan de Europese veiligheidsnormen. Dat is gemakkelijk te controleren: op de verpakking staan dan het CE-merk of de NF-norm vermeld. Vermijd kortsluiting: controleer zorgvuldig of de kabel niet beschadigd (of opgelapt!) is en of de lampjes goed vastzitten. Tijd om een nieuwe slinger te kopen? Geef dan de voorkeur aan ledverlichting. Die is zuiniger – ledlampjes verbruiken minder – én veiliger, want de lampjes worden minder warm. Voor een magische kerstsfeer mag je zeker de slimme producten niet uit het oog verliezen. Ten slotte vinden je buren het beslist leuk als jouw kerstverlichting blijft branden wanneer je niet thuis bent, maar je schakelt ze toch beter uit om elk risico te vermijden. Doe dat trouwens ook altijd als je gaat slapen.
4. Vermijd overbelasting van je stopcontacten
Kerstboomslingers, een lampje in het kerststalletje, schattige besneeuwde huisjes met verlichting, … voor je kerstdecoratie heb je al snel een stekkerdoos nodig. Denk eraan dat een stekkerdoos altijd maar een bepaald vermogen aankan (kijk naar het aantal watt op de stekkerdoos). Vermijd overbelasting en sluit niet te veel toestellen op één stekkerdoos aan. En verbind zeker nooit stekkerdozen of verlengsnoeren met elkaar, om dezelfde reden.
5. Installeer een rookmelder
Bij brand vallen er meer (dodelijke) slachtoffers door rook en gassen die vrijkomen dan door de vlammen … Het is dus belangrijk dat je meteen gewaarschuwd wordt en daarvoor moet je één of meerdere brandmelders in je woning aanbrengen! In bepaalde situaties zijn brandmelders zelfs wettelijk verplicht. Nog beter, je kan zelfs kiezen voor een slimme rookmelder. Die spoort rook vaak sneller op dan een traditionele detector. Hij biedt nog een belangrijk voordeel: hij waarschuwt je ook als je niet thuis bent, met een melding op je smartphone.