Biodiversiteit: 5 positieve acties voor al wat leeft
8,7 miljoen! Dat is op dit ogenblik de nauwkeurigste raming van het aantal soorten levende wezens op aarde. 80% ervan zou op het land leven, de rest in zoet en zout water. In werkelijkheid ligt het cijfer waarschijnlijk veel hoger, want veel soorten blijven tot nu toe verborgen voor de mens. Wetenschappers hebben trouwens nog “maar” 2 miljoen soorten gedocumenteerd. Biodiversiteit, de verbluffende verscheidenheid aan levensvormen op aarde, is een rijkdom die we moeten koesteren.
Wetenschappers proberen de biodiversiteit te “berekenen” om ze des te beter te kunnen beschermen. En dat is nodig, want door de activiteiten van de mens gaat ze er elk jaar op achteruit in een nooit eerder gezien tempo. Wat zijn de voornaamste bedreigingen? Ongetwijfeld de vernietiging van habitats, door overbevissing en ontbossing. Verder de vervuiling van het water, de bodem en de lucht. Maar ook de verspreiding van invasieve soorten en natuurlijk de klimaatopwarming.
De biodiversiteit beschermen is niet alleen cruciaal, het gaat ons ook allemaal aan. Onze samenlevingen hangen immers af van de diversiteit van alles wat leeft en het “nut” dat we eruit halen. Daarom telt elke actie! Ontdek inspirerende en positieve initiatieven voor de biodiversiteit waar ENGIE mee zijn schouders onder zet.
1. Een “vissenlift”
De pompaccumulatiecentrale van Coo vervult al 50 jaar een essentiële rol voor onze energiemix. Met haar capaciteit van 1080 MW, die binnenkort stijgt tot 1159 MW, is ze van uitzonderlijk belang om de uitdaging van de energietransitie aan te gaan. Als een soort reuzenbatterij compenseert ze de typische wisselvalligheid van hernieuwbare energiebronnen door wind- en zonne-energie op te slaan voor later.
De site van deze centrale stelt zich nu ook op als partner voor meer biodiversiteit en een gezonde lokale waterfauna. Toen de centrale in de jaren 70 werd gebouwd, werd de waterval van Coo een obstakel voor vissen. Die konden niet langer stroomopwaarts migreren. Dat is nu verleden tijd. ENGIE financiert een project dat door wetenschappers van de ULiège is opgezet om vissen met een “lift” een hoogteverschil van 15 meter te laten overbruggen, zodat ze weer vrij kunnen rondzwemmen in de Amblève.
Hoe werkt de lift? Aan de voet van de waterval zwemmen de vissen in een kooi, waarna ze stroomopwaarts worden gebracht naar hoger gelegen bekkens. Door dit “vissentransport”, dat twee of drie keer per week plaatsvindt, kunnen allerlei soorten die meer dan 50 jaar stroomafwaarts zijn gebleven, opnieuw de hoger gelegen rivier bevolken. Soorten zoals barbeel en ellerling worden geobserveerd en opgevolgd door de onderzoekers uit Luik, die samenwerken met de lokale vissersclubs. Voor de vissen in de Amblève breekt een nieuw tijdperk van ecologische uitwisseling aan.
2. Luidsprekers voor vleermuizen
Als leider in de evolutie naar een koolstofneutrale wereld wil ENGIE bij het innoveren en ontwikkelen van zijn activiteiten de hinder voor omwonenden en het milieu zoveel mogelijk beperken. Bij een aantal windturbines is dat prachtig gelukt. Windturbines stralen nogal wat warmte uit en trekken daardoor insecten aan. Dat vinden de vleermuizen op hun beurt interessant. De nachtdieren zwermen bijgevolg rond de windturbines en lopen het gevaar om gedood of gewond te raken door de wieken of de turbulentie. Als windturbines dieren in gevaar brengen, worden ze stilgelegd, maar voor de bescherming van de vleermuizen, een soort van groot biologisch belang, was een andere oplossing nodig.
Die zou kunnen komen van een ultrasoon “schild” dat centraal in het windturbinepark van Modave staat opgesteld. Dit proefproject, een Europese primeur, bouwt voort op experimenten in de Verenigde Staten. In de windturbines zijn vijf luidsprekers aangebracht die rond de gevarenzone van de wieken een geluidsbarrière creëren. Vleermuizen zijn heel gevoelig voor ultrasoon geluid en blijven op afstand. Bovendien controleren infraroodcamera’s of er vleermuizen zijn, zodat de turbines kunnen worden stilgelegd. Misschien worden aan dit innoverende systeem, dat momenteel wordt geëvalueerd, ook nog microfoons toegevoegd om na te gaan welke soorten rond de turbines zwermen. Als de oplossing succesvol is, kan ENGIE ze ook in andere windmolenparken toepassen.
3. Nesten met slechtvalken
Sinds een vijftiental jaren leven er in onze streken opnieuw slechtvalken. Uitstekend nieuws, want dit uitzonderlijke dier zou het snelste ter wereld zijn (kortstondig 400 km/u!). Toch mogen we niet te snel victorie kraaien. Door pesticiden en andere chemische producten waren deze sterke roofvogels bijna voorgoed verdwenen uit Europa. Het Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen van België heeft via het initiatief “Valken voor iedereen” en met de steun van talrijke organisaties, waaronder de Stichting ENGIE, ervoor gezorgd dat de slechtvalk zich bij ons weer goed voelt!
Deze roofvogels maakten bij voorkeur nesten tegen de rotswanden aan de Maas, maar voelen zich nu ook thuis in de stad. Ze streken onder andere neer in de toren van de kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele in Brussel. De Stichting ENGIE heeft op basis van een solide partnerschap bijgedragen aan de organisatie van bewustmakingscampagnes. Aan een aantal stadsnesten werden camera’s geïnstalleerd, van Solbosch in Elsene tot de kerk van Sint-Job in Ukkel en aan het gemeentehuis van Sint-Pieters-Woluwe. Maar ook bovenaan de koeltorens van de centrales in Doel, Tihange, Amercoeur en Drogenbos. De geboorte van de valken meemaken is een unieke gebeurtenis, een symbool van de redding van deze valkensoort!
4. Ruimte voor biodiversiteit creëren
ENGIE werkt al enkele jaren aan een uniek project in Europa: de omvorming van de Hénâ-terril tot een nieuwe plek voor biodiversiteit. Op dit oude industrieterrein in de buurt van Luik is meer dan 2,33 miljoen ton asse aanwezig, afkomstig van het stoken van steenkool tussen 1952 en 2016. Dit ambitieuze herstelproject toont aan hoe sterk ENGIE zich wil inzetten voor het milieu.
Om het oude industrieterrein aan de natuur terug te geven werd tot nu toe al ruim 940 000 ton asse verwijderd. Dankzij een akkoord met een aantal cementbedrijven krijgt de asse van de terril zelfs een nieuw leven, want ze wordt gerecycleerd. Wanneer het project klaar is, waarschijnlijk tegen 2029, zal de site aan de natuur zijn teruggegeven, als een groenzone met een rijke biodiversiteit.
5. Zaadjes voor de toekomst planten
Naast deze concrete projecten om de biodiversiteit te bevorderen steunt de Stichting ENGIE ook initiatieven om jongeren meer bewust te maken. Ze doet dat bijvoorbeeld via de vereniging Odyssée, die de schooluitval bij jongeren wil tegengaan en aan leerlingen uit 150 secundaire scholen workshops aanbiedt over het milieu, duurzame ontwikkeling en wereldburgerschap. De vereniging wil jongeren overtuigen van hun essentiële rol voor de toekomst van onze planeet en ze op die manier motiveren om onderwijs te volgen. Bijna 2 000 jongeren volgden al zo’n opleiding.
Ook een project van Goodplanet Belgium heeft tot doel om leerlingen bewust te maken van de uitdagingen voor onze wereld. Tien jongeren krijgen een jaar lang opleiding om klimaatambassadeurs te worden. Daarna zullen ze in hun school maar ook erbuiten hun kennis verspreiden en alle leerlingen aansporen om iets te doen voor het klimaat.